Hoofdsom voorafgaand aan zitting voldaan, niet meegedeeld aan kantonrechter
Klager heeft de hoofdsom voorafgaand aan de zitting voldaan, echter niet de bijkomende kosten. De deurwaarder had in dit specifieke geval meer coulance kunnen tonen door klager in de gelegenheid te stellen de restantvordering tevens te voldoen voorafgaand aan de zitting. Er was immers geen betalingsonwil. De deurwaarder heeft de betaling van de hoofdsom niet meegedeeld aan de kantonrechter omdat dat gevolgen zou hebben voor de hoogte van het griffierecht. Indien die betaling wel door de kantonrechter zou worden meegenomen zou dat leiden tot een lager bedrag aan proceskostenveroordeling hetgeen onvoordelig was voor klagers opdrachtgever. Het bewust onjuist informeren van de kantonrechter is tuchtrechtelijk laakbaar. Omdat deurwaarder zijn werkwijze inmiddels heeft aangepast, wordt (slechts) de maatregel van berisping opgelegd. >>>Uitspraak
Ondanks betaalafspraak beslag op loon leggen
Klager heeft na betekening van een vonnis op 27 februari 2020 contact opgenomen met de deurwaarder en toegezegd het eerste deel van de vordering meteen te voldoen en het tweede deel een maand later. Klager heeft op 1 maart 2020 het eerste deel voldaan. Op 24 maart 2020 heeft de deurwaarder loonbeslag gelegd voor de gehele vordering omdat klager zich niet aan de betalingsregeling zou hebben gehouden aangezien hij niet op 27 februari heeft betaald. Het niet controleren van het dossier voordat het beslag gelegd wordt is tuchtrechtelijk laakbaar. De maatregel van berisping wordt opgelegd. >>>Uitspraak
Betalingsregeling voor één of beide schuldeisers? Ongeoorloofde druk uitoefenen
Klaagster heeft bij het raadplegen van het digitaal betaaloverzicht kunnen concluderen dat de betalingsregeling gold voor beide schuldeisers. Klaagster heeft een uitdraai van het digitale betaaloverzicht overgelegd waarin staat opgenomen, voor zover van belang: “Let op: voor onderstaande open dossiers kunt u geen nieuwe betaalregeling aanvragen zolang er een actieve betaalregeling van kracht is. Open dossiers kunnen niet betaald worden zolang er een betaalregeling actief is.” Hieronder stonden de dossiers van Ziggo en DUO apart genoemd. Klaagster heeft hieruit geconcludeerd dat de betalingsregeling kennelijk ook voor het Ziggo dossier gold.
De deurwaarder heeft de gevolgtrekking gemaakt dat in het Ziggo dossier niets werd betaald en dat daarom het huisbezoek nodig was. De bewoordingen in de brief dat binnen twee dagen € 712,83 betaald moet worden en wanneer dat niet gebeurt de opdrachtgever opdracht kan geven tot het leggen van beslag waarbij ”gebruik zal worden gemaakt van diensten van de politie en van een slotenmaker omdat de toegangsdeur tot uw woning moet worden geforceerd” is tuchtrechtelijk laakbaar, omdat de deurwaarder daarmee ongeoorloofde druk op klaagster heeft uitgeoefend. Hierbij overweegt de kamer dat klaagster een betalingsregeling van €10,- per maand heeft en de deurwaarder daaruit zou moeten concluderen, althans tenminste moeten vermoeden, dat zij niet in staat zou zijn € 712,83 in een keer te voldoen. Voorts is het aan de deurwaarder te wijten dat bij klaagster verwarring is ontstaan tussen de twee dossiers die gelijktijdig in behandeling zijn. De kamer legt de maatregel van berisping op. >>>Uitspraak
Er was geen aanleiding om het curatele en bewindregister te raadplegen
De deurwaarder was niet op de hoogte van het MSNP-traject en het beschermingsbewind. Er bestond voor de deurwaarder geen aanleiding om het curatele en bewindregister te raadplegen. In feite zou dat betekenen dat deurwaarders gehouden zouden zijn in elk dossier het curatele en bewindregister te raadplegen. Die verplichting hebben de deurwaarders niet.
Er is niet duidelijk gecommuniceerd dat de schuldeiser alleen akkoord ging met het voorstel tegen finale kwijting wanneer iedere schuldeiser akkoord zou zijn. Het beslag is ondanks de betaling van klaagster niet opgeheven. Klacht gedeeltelijk gegrond. Maatregel van berisping. >>>Uitspraak
Brieven naar debiteur verstuurd ipv naar advocaat en curator
De deurwaarder heeft de dagvaarding naar een verouderd adres van de curators van klager verzonden. Verder blijft de sdeurwaarder correspondentie aan klager sturen, terwijl meermalen is verzocht de correspondentie aan zijn advocaat te richten. Ook na het vonnis zijn nog sommatiebrieven aan klager verzonden en niet (tevens) aan zijn curators. Klacht gegrond voor wat betreft bovengenoemde, klacht voor het overige ongegrond. Maatregel van berisping opgelegd en veroordeling in proceskosten. >>>Uitspraak
Opdrachtgever wil niet reageren op inhoudelijke vragen
Het kan de deurwaarder niet worden verweten dat de opdrachtgever niet wilde reageren op inhoudelijke vragen van klager. De deurwaarder had het dossier van klager inmiddels gesloten, heeft dit duidelijk met klager besproken en heeft klager verwezen naar de opdrachtgever. Klacht ongegrond. >>>Uitspraak
Verkoop auto onder dagwaarde, deurwaarder heeft voldoende moeite gedaan
Niet gebleken is dat de deurwaarder te weinig moeite heeft genomen om een hogere verkoopprijs te realiseren. Nadat er diverse autodealers waren benaderd, waarbij de openbare executie tot twee keer toe was geadverteerd, is de auto uiteindelijk aan de hoogste bieder verkocht. Dat de deurwaarder de auto ook online had moeten aanbieden vindt geen steun in de destijds geldende wet- en regelgeving. De aankondiging van de verkoop van in beslag genomen roerende zaken dient pas sinds 1 oktober 2020 online te gebeuren.
Klager heeft in hoger beroep geen feiten en omstandigheden aangevoerd die meebrengen dat hierover anders moet worden geoordeeld dan de kamer heeft gedaan. Het hof voegt hieraan toe dat bij een openbare verkoop de deurwaarder afhankelijk is van de feitelijke opkomst. Het gaat er niet om dat er mogelijk iemand bereid was om een hogere prijs te betalen – zoals klager ter zitting heeft aangevoerd –, maar het gaat erom welke kopers zich bij de deurwaarder hebben gemeld. Als klager weet had van bereidwillige kopers, had hij die naar de deurwaarder kunnen verwijzen. Klacht ongegrond. >>>Uitspraak
Zes klachten tegen deurwaarder gegrond
Volgens de Kamer voor gerechtsdeurwaarders zijn de volgende klachten gegrond:
- de deurwaarder heeft geen oog gehad voor bruto en netto bedragen, waardoor onduidelijk was welk bedrag klager moest betalen. De deurwaarder had bij de opdrachtgever een duidelijke speficatie moeten vragen;
- de ministerieplicht ontslaat de deurwaarder niet van het maken van een eigen afweging of een beslag proportioneel is;
- betalingsonwil was niet gebleken, de deurwaarder heeft de opdrachtgever daarover onjuist geinformeerd;
- de deurwaarder heeft niet gereageerd op een klacht van klager;
- de deurwaarder heeft niet gereageerd op een verzoek om aanpassing van de beslagvrije voet;
- het beslag op de onroerende zaak is pas doorgehaald in september 2020 terwijl in kort geding op 8 mei 2020 reeds was bepaald dat het beslag moest worden opgeheven.
Aan de deurwaarder zijn een berisping en een geldboete ad. € 500 opgelegd, met veroordeling in de proceskosten. >>>Uitspraak
Ongeoorloofd binnentreden woning
De deurwaarder heeft klager te kennen gegeven dat hij ter zake van het leggen van conservatoir beslag op roerende zaken de woning van klager moest binnentreden. Klager heeft aangegeven dat hij niet aanwezig kon zijn. De deurwaarder is vervolgens de woning binnen gegaan op grond van het bepaalde in artikel 444 Rv in samenhang met de artikelen 10 en 11 van de Algemene wet op het binnentreden. De deurwaarder heeft niet aan klager meegedeeld dat hij tevens opdracht had om een proces-verbaal van constatering op te maken. De bescherming van het huisrecht is geregeld in artikel 12 van de Grondwet. Ingevolge het eerste lid is binnentreden zonder toestemming van de bewoner alleen geoorloofd in de gevallen bij of krachtens de wet bepaald, door hen die daartoe bij of krachtens de wet zijn aangewezen. Het tweede lid bepaalt dat voor het binnentreden overeenkomstig het eerste lid voorafgaande legitimatie en mededeling van het doel van het binnentreden zijn vereist, behoudens bij de wet gestelde uitzonderingen. Nu de deurwaarder klager niet heeft geïnformeerd dat hij van zijn opdrachtgever ook de opdracht had gekregen om een proces-verbaal van constatering op te maken, heeft hij in strijd met artikel 12 van de Grondwet gehandeld. Maatregel berisping en veroordeling in de proceskosten. >>>Uitspraak
Bewaringstekort
Vast is komen te staan dat diverse tekortkomingen in de financiële administratie van de deurwaarders hebben geleid tot een onjuiste berekening van de bewaringspositie per 31 december 2018 en 31 december 2019. Door onder meer de voorschotten niet juist in de administratie te verwerken hebben de deurwaarders onvoldoende inzicht gehad in de financiële positie van het kantoor en heeft een bewaringstekort kunnen ontstaan. Nu alle klachtonderdelen gegrond worden verklaard is aan alle deurwaarders de maatregel van een schorsing (van twee weken) opgelegd. >>>Uitspraak
Meer informatie
- overzichten tuchtrechtspraak deurwaarders
- website tuchtrechtspraak