Berisping wegens zinloos bankbeslag

Bron: André Moerman
uur

Wanneer een deurwaarder bankbeslag legt dan is op het moment van beslag leggen bij de deurwaarder niet bekend wat er precies op de bankrekening staat. De bank mag geen informatie verstrekken. Pas door het leggen van beslag moet en mag de bank vertellen wat op de bankrekening staat. Een kostbare gok van een paar honderd euro. Er kunnen echter omstandigheden zijn waarbij de deurwaarder beter had kunnen weten. Zo moest de Kamer voor gerechtsdeurwaarders oordelen over een klacht over een bankbeslag waarbij een deurwaarder al sinds 2008 bezig is te proberen een vonnis ten uitvoer te leggen. De deurwaarder had hierdoor voldoende inzicht in de financiële situatie om te weten dat een ingrijpend middel als bankbeslag geen soelaas zou bieden. De deurwaarder krijgt een berisping. In tegenstelling tot onderhavige kwestie is in veel situaties voor de deurwaarder niet duidelijk wat op de bankrekening staat. Een wetswijziging is nodig om dit mogelijk te maken.





De procedure bij de Kamer voor gerechtsdeurwaarders werd allereerst afgeketst op de beslissing van de voorzitter die de klacht kennelijk ongegrond heeft verklaard. Tegen deze beslissing is betrokkene in verzet gegaan. Maar eerst de beslissing van de voorzitter.


5. De beslissing van de voorzitter
 
5.1. De voorzitter heeft op de klacht overwogen dat klager bij vonnis is veroordeeld en nadien heeft nagelaten de vordering vrijwillig te voldoen. Het door de gerechtsdeurwaarder op 24 maart 2016 gelegde bankbeslag is niet in strijd met de tuchtrechtelijke norm, nu klager op grond van artikel 3:276 BW met zijn hele vermogen instaat voor de vordering. Het staat de gerechtsdeurwaarder op grond van artikel 435 Rv vrij om beslag te leggen op alle vermogensobjecten van klager. Tuchtrechtelijk laakbaar handelen is daarbij niet gebleken.
 
5.2. De voorzitter heeft verder overwogen dat een beslagvrije voet niet geldt indien beslag wordt gelegd onder een bank. Onder omstandigheden kan er sprake zijn van misbruik van recht, bijvoorbeeld indien bekend is dat dat de beslagen rekening uitsluitend uit een bron wordt gevoed waarvoor wel een beslagvrije voet geldt, maar dat dient in een procedure voor de gewone rechter te worden vastgesteld, waarbij het aan klager is om aannemelijk te maken dat hiervan sprake is. Het is niet aan de tuchtrechter om tot een inhoudelijke beoordeling van dit geschil over te gaan. De door klager ingediende klacht stuit hierop af.


6. De gronden van het verzet
 
Klager is het niet met de beslissing van de voorzitter eens. Klager wijst op een uitspraak van de kamer van 20 mei 2014 welke zaak volgens klager op hoofdpunten gelijk is aan zijn zaak. Klager heeft de gerechtsdeurwaarder twee jaar lang op de hoogte gehouden van zijn financiële situatie en heeft hem ook heeft gewezen op voormelde uitspraak. De gerechtsdeurwaarder was bekend met het feit dat klager leeft van een uitkering waarop al beslag lag en met het feit dat klager geen andere inkomsten heeft. Het beslag werd gelegd twee dagen na uitbetaling van de huurtoeslag. Klager kan aantonen dat hij altijd snel reageert en de gerechtsdeurwaarder alle benodigde informatie geeft. Klager heeft alle benodigde info op zijn computer staan en die informatie is met een toelichting direct beschikbaar voor wie daarom verzoekt.
 

7. De beoordeling van de gronden van het verzet

 
7.1. Beoordeeld dient te worden of de gerechtsdeurwaarder op grond van de hem bekende omstandigheden van klager in dit geval wel bankbeslag had mogen leggen. Bij die beoordeling neemt de kamer het volgende in aanmerking. Op grond van het dossier en het verhandelde ter zitting is vast komen te staan dat de gerechtsdeurwaarder al vanaf 2008 tevergeefs heeft getracht het vonnis ten uitvoer te leggen. Er is in 2011 beslag gelegd door een collega-gerechtsdeurwaarder die in 2014 een herberekening van de beslagvrije voet heeft gemaakt, waardoor het beslag moest worden opgeheven en de gerechtsdeurwaarder uit het door hem in 2013 gelegde beslag geen gelden heeft ontvangen. Ter zitting heeft de gerechtsdeurwaarder gesteld dat naderhand is gebleken dat dit ten onrechte was, maar de kamer kan dit niet vaststellen nu dit niet nader is onderbouwd. Daarnaast staat vast dat de gerechtsdeurwaarder klager herhaaldelijk heeft verzocht  om een betalingsregeling voor te stellen. Dat blijkt bijvoorbeeld uit door de gerechtsdeurwaarder op 25 maart 2015 en 10 juni 2015 aan klager verzonden brieven. Klager heeft daarop bij berichten van 2 april 2015 en 15 juni 2015 gereageerd onder meer met de mededeling dat door aan het verzoek te voldoen, zijn inkomen onder de beslagvrije voet zou komen te liggen. De gerechtsdeurwaarder was op de hoogte van de financiële situatie omdat hij in zijn brief aan klager van 10 juni 2015 onder meer heeft medegedeeld dat hij geen gelden ontvangt omdat de uitkering van klager lager is dan de beslagvrije voet. Bij brief van 11 september 2015 heeft de gerechtsdeurwaarder klager verzocht om een overzicht van zijn financiële situatie, voorzien van een  betalingsvoorstel. Bij e-mail van 18 oktober 2015 heeft klager de gerechtsdeurwaarder een overzicht van zijn inkomsten en uitgaven toegezonden en medegedeeld dat al uit het overzicht valt op te maken dat er naast het beslag geen aflossingscapaciteit was. Op 11 januari 2016 heeft de gerechtsdeurwaarder klager opnieuw om een betalingsvoorstel verzocht. Klager heeft op 17 januari 2016 gereageerd met de mededeling dat hij zijn situatie al herhaaldelijk had uitgelegd en er geen ruimte was voor een extra aflossing naast het beslag op zijn uitkering.
 
7.2. Onder de hiervoor geschetste omstandigheden kan worden vastgesteld dat de gerechtsdeurwaarder ten tijde van de beslaglegging in elk geval (voldoende) inzicht had in de inkomsten en uitgaven van de debiteur en dat er geen ruimte was voor een maandelijkse betaling. Indien, zoals door de gerechtsdeurwaarder in zijn brief van klager van 25 maart 2016 vermeld, de op 18 oktober 2015 ontvangen gegevens omtrent de financiële situatie van klager onvoldoende waren, had het op zijn weg gelegen nadere stukken bij klager op te vragen, zoals hij na de beslaglegging  in zijn brief van 25 maart 2016 heeft gedaan. De kamer benadrukt dat beslaglegging onder een bank ten laste van een debiteur een ingrijpend middel is. Er lag al beslag op het inkomen van klager als gevolg waarvan hij nog slechts een inkomen ter hoogte van de beslagvrije voet overhield waarvan hij de lopende kosten van bestaan moet voldoen. Door de gerechtsdeurwaarder is niet aannemelijk gemaakt dat er een aanleiding was om te veronderstellen dat de bankrekening door andere inkomsten dan de uitkering en toeslagen van klager, aan de hand waarvan de beslagvrije voet is vastgesteld, werd gevoed of dat er nog andere inkomsten zouden zijn.  Dat, zoals door de gerechtsdeurwaarder ter zitting is aangevoerd, er soms toch nog geld blijkt te zijn, is daartoe te algemeen gesteld. Onder de hiervoor geschetste omstandigheden had de gerechtsdeurwaarder kunnen weten dat het door hem gelegde bankbeslag geen soelaas zou bieden om tot verhaal van de vordering te komen.  Dat het een executant is toegestaan beslag te leggen op alle voor beslag vatbare goederen doet hieraan niet af.


Beslissing
 
De Kamer voor gerechtsdeurwaarder

  • verklaart het verzet gegrond;
  • vernietigt de beslissing van de voorzitter;
  • verklaart de klacht gegrond;
  • legt de gerechtsdeurwaarder de maatregel van berisping op.

 

Wetswijziging gewenst
Beslag op de bankrekening is een zeer ingrijpend middel omdat de betaling van de vaste lasten in het gedrang kunnen raken. Bovendien zijn er veel kosten mee gemoeid (zo’n € 350) terwijl de kans van slagen, in tegenstelling tot de kwestie waar de Kamer voor gerechtsdeurwaarders over moest oordelen, vaak van te voren niet makkelijk is in te schatten. Het is toch absurd dat een deurwaarder eerst beslag onder de bank moet leggen om er achter te kunnen komen wat op de bankrekening staat? Het is van belang dat op beide onderdelen de wet wordt aangepast:

  • bescherming van de beslagvrije voet bij bankbeslag;
  • recht op inzage van deurwaarders in de vermogensbestanddelen w.o. het saldo op de bankrekening.



Meer informatie
- Kamer voor Gerechtsdeurwaarders 9 februari 2018, ECLI:NL:TGDKG:2018:10
- Zie ook: Kamer voor Gerechtsdeurwaarders 28 november 2017, ECLI:NL:TGDKG:2017:197
- Achtergrondinfo bankbeslag


Reageren?
- Reageer via schuldinfo op LinkedIn