Beslag inkomen

Beslag overig

Vaste lasten

Schulden overheid

Kosten van schulden

Hulp bij schulden

Overige info

Klachten

Voorbeeldbrieven

Rekenprogramma

Nieuwsbrief

Geen recht op huurtoeslag bij huurschulden?

Bron: André Moerman
uur

De Raad van State heeft meermalen beslist dat er geen recht op kinderopvangtoeslag is wanneer de kosten voor kinderopvang niet zijn voldaan. Zelfs wanneer slechts een deel van de kosten niet is voldaan, is de consequentie dat er het hele jaar geen recht op kinderopvangtoeslag is. Dit met verstrekkende gevolgen.

Een huurtoeslag is ook een toeslag. Het komt vaak voor dat mensen huurschuld hebben terwijl men wel een voorschot huurtoeslag heeft ontvangen. Moet dit dan ook worden terugbetaald? De Raad van State brengt gelukkig een nuancering aan in de jurisprudentie. Alleen onder bepaalde voorwaarden mag de Belastingdienst/Toeslagen het recht op huurtoeslag op nihil zetten.



Aanleiding
Betrokkene is in 2014 in totaal € 8.587,92 aan huur verschuldigd waarvan 6.385,24 is voldaan. De Belastingdienst/Toeslagen heeft de huurtoeslag herzien en op nihil gezet omdat de rekenhuur hoger zou zijn dan de maximale rekenhuur. In beroep bij de rechtbank heeft de Belastingdienst/Toeslagen de motivering van het besluit gewijzigd en zich op het standpunt gesteld de verschuldigde huurprijs niet tijdig en volledig is voldaan, zodat zij niet in aanmerking komt voor huurtoeslag over het berekeningsjaar 2014. De rechtbank heeft dit argument overgenomen.

Betrokkene gaat in hoger beroep bij de Raad van State


De Raad van State oordeelt samengevat als volgt

Uit de jurisprudentie van de Afdeling volgt dat het belang van controle op een juiste besteding van overheidsgelden meebrengt dat degene die aanspraak op huurtoeslag maakt in beginsel de verschuldigde huurprijs daadwerkelijk ten tijde van of kort na het verstrijken van de periode waarop de betalingsverplichting betrekking heeft, moet voldoen. Dat laat evenwel onverlet dat zich omstandigheden kunnen voordoen op grond waarvan aanleiding bestaat om op dit uitgangspunt een uitzondering te maken. De vraag ligt voor of zich in deze zaak dergelijke omstandigheden voordoen.

X huurt sinds 29 november 2012 een sociale huurwoning van Woningstichting Eigen Haard. De huurprijs bedroeg in de maanden januari tot en met juni 2014 € 703,36 en in de maanden juli tot en met december 2014 € 727,96. Uit het ‘Rekening courant cumulatief’ kan worden afgeleid dat Eigen Haard in 2014 bedragen van de rekening van X heeft geïncasseerd. Een deel van die betalingen is gestorneerd. Uit het afschrift valt tevens af te leiden dat X bedragen heeft overgemaakt aan Eigen Haard om door de storneringen ontstane achterstanden in de huurbetaling in te lopen. Uit het afschrift valt voorts af te leiden dat X in augustus 2014 een betalingsregeling is overeengekomen met Eigen Haard en dat zij in het kader daarvan betalingen heeft gedaan om de opgelopen betalingsachterstand in te lopen.

Niet in geschil is dat X de verschuldigde huurprijs niet volledig ten tijde van of uiterlijk kort na het verstrijken van de periode waar de betalingsverplichting betrekking op heeft, heeft voldaan. Naar het oordeel van de Afdeling betekent dat in dit geval evenwel niet dat X reeds daarom geen aanspraak kan maken op huurtoeslag. Van belang hierbij is dat niet in geschil is dat in 2014 betalingen heeft gedaan aan Eigen Haard ter voldoening van de door haar verschuldigde huurprijs en dat zij, voor zover zij de verschuldigde huurprijs als gevolg van financiële problemen niet onmiddellijk heeft kunnen voldoen, een betalingsregeling heeft getroffen. Gelet hierop en in aanmerking genomen dat Eigen Haard een professionele verhuurder is waar X geen persoonlijke relatie mee heeft en zij de door haar gehuurde woning nog steeds bewoont, bestaat geen aanleiding om aan te nemen dat Eigen Haard niet zal aandringen op volledige betaling van de verschuldigde huurprijs. Dat Eigen Haard toeziet op betaling blijkt uit de ‘Rekening courant cumulatief’ waarin steeds het verloop van betalingen en het nog openstaande saldo nauwkeurig zijn bijgehouden. Onder deze omstandigheden bestaat geen grond voor het oordeel dat X de in 2014 verschuldigde huurprijs, voor zover zij die nog niet heeft betaald, niet meer verschuldigd is en dat het door haar ontvangen voorschot huurtoeslag voor 2014 niet juist wordt besteed. Gelet hierop heeft de Belastingdienst/Toeslagen zich niet op het standpunt mogen stellen dat reeds omdat de verschuldigde huurprijs niet tijdig en volledig is voldaan, er geen recht heeft op huurtoeslag bestaat. De slotsom is dat de Belastingdienst/Toeslagen zijn in beroep ingenomen standpunt onvoldoende heeft gemotiveerd. De rechtbank heeft dit standpunt ten onrechte gevolgd.

Het betoog slaagt. Het hoger beroep is gegrond.


Meer informatie
- RvS 15 februari 2017,  ECLI:NL:RVS:2017:412
- Achtergrondinfo toeslagen


Uitspraken over terugbetalen kinderopvangtoeslag ivm schuld bij kinderopvang, o.a.
- RvS 2 april 2014, ECLI:NL:RVS:2014:1114
- RvS 9 juli 2014, ECLI:NL:RVS:2014:2519
- RvS 7 september 2016, ECLI:NL:RVS:2016:2400


Reageren?
- Reageer via schuldinfo op LinkedIn << Nieuwsoverzicht