Het komt regelmatig voor dat een werkgever aan een werknemer een lening (voorschot op loon) geeft, bijvoorbeeld omdat er een huurschuld is ontstaan. Allereerst is het van belang te realiseren dat niet willekeurig bepaald kan worden in hoeveel termijnen terugbetaald moet worden. Ook hier geldt namelijk de bescherming van de beslagvrije voet. Een afspraak in strijd met de beslagvrije voet is namelijk nietig, en kan dus ongedaan gemaakt worden.
Misschien een beetje vreemd, want het is ten slotte een gunst die de werkgever aan de werknemer verleent. Maar de werknemer is niet geholpen met een terugbetalingsverplichting die er toe leidt dat hij onder de beslagvrije voet moet leven.
Een vraag waar werkgevers soms mee worstelen is welk risico ze lopen wanneer er beslag op inkomen dreigt. Wanneer de lening opeisbaar is voordat er beslag wordt gelegd, gaat het recht op verrekenen van de werkgever voor. Dit principe past bij het uitgangspunt dat de werkgever (de derde-beslagene) als gevolg van het beslag niet in een slechtere positie mag komen. Zo oordeelde ook de kantonrechter van Den Bosch.
Meer informatie:
- Rb Den Bosch 25 februari 2010, LJN:BL9411
- Achtergrondinfo verrekenen