Dreigend baanverlies door verrekenen kinderopvangtoeslag

Bron: André Moerman
uur

Wanneer je teveel toeslagen hebt ontvangen zal de Belastingdienst/Toeslagen deze verrekenen met nog te verstrekken toeslagen. Er zijn verschillende mogelijkheden om er voor te zorgen dat de verrekening afgestemd wordt op je betalingscapaciteit. Echter in het geval van kinderopvangtoeslag zijn de mogelijkheden beperkt. Wanneer de teveel verstrekte toeslag het gevolg is van opzet of grove schuld, mag de toeslagschuld namelijk volledig met de te verstrekken kinderopvangtoeslag verrekend worden. Een verzoek om de beslagvrije voet toe te passen zal worden afgewezen. Geen kinderopvangtoeslag betekent geen kinderopvang, met veelal baanverlies tot gevolg.

Een civiele procedure kan soms uitkomst bieden. Zo oordeelde de Rechtbank Midden-Nederland dat de Belastingdienst/Toeslagen met het volledig verrekenen van de kinderopvangtoeslag misbruik van bevoegdheid maakt.

Echter, even een kort geding voeren tegen de staat is voor velen niet weggelegd. Wetgever grijp in! Pas de regels aan en zorg dat ook bij het verrekenen van kinderopvangtoeslag de beslagvrije voet gaat gelden.



De feiten
De Rechtbank Midden-Nederland moest oordelen over de volgende situatie.
Een alleenstaande moeder X maakt voor haar drie jongste kinderen gebruik van kinderopvang in de vorm van een gastouder. De kosten van de gastouder bedroegen maandelijks circa € 1.401,00. Deze kosten werden door X voldaan met de door haar van de Belastingdienst ontvangen kinderopvangtoeslag.
De Belastingdienst heeft over de voorgaande jaren de kinderopvangtoeslag teruggevorderd. Het betreft in totaal zo’n € 28000. De Belastingdienst heeft een verzoek om een persoonlijke betalingsregeling afgewezen en het daartegen ingediende bezwaarschrift is ongegrond verklaard. De reden hiervoor is dat er volgens de belastingdienst sprake is van opzet of grove schuld ten aanzien van het ontstaan van de vordering.

De toeslagschuld moet in 24 maanden worden terugbetaald en dit wordt verrekend met de te verstrekken kinderopvangtoeslag. Na een afwijzing van een verzoek om een persoonlijke betalingsregeling bestaat er normaal gesproken de mogelijkheid om toepassing van de beslagvrije voet te verzoeken. Deze mogelijkheid is echter uitgesloten bij de verrekening met de kinderopvangtoeslag.


De vordering
X vordert o.a. dat de Belastingdienst de verrekening van de kinderopvangtoeslag dient te staken. X geeft hierbij aan dat de gebruikmaking van de kinderopvang voor haar noodzakelijk is om te kunnen werken. De verrekening van de kinderopvangtoeslag zal uiteindelijk tot gevolg hebben dat ze haar baan verliest en dat ze WW-uitkering moet aanvragen. Niet alleen is zij hierbij zelf niet gebaat, ook haar gastouderbureau en onze maatschappij, die de eventuele uitkering immers financiert, zijn hier niet bij gebaat. Bovendien is dit ook nadelig voor de Belastingdienst omdat haar afloscapaciteit bij een uitkering immers zal dalen.


De beoordeling
De rechtbank komt samengevat tot de volgende beoordeling

Vast staat dat X vanwege haar persoonlijke omstandigheden over een beperkte betalingscapaciteit  beschikt. Eveneens staat vast dat het, gelet op het wettelijk kader, in geval van opzet of grove schuld, niet mogelijk is om een persoonlijke betalingsregeling te treffen. Door de Belastingdienst  is niet weersproken dat - zoals door X is gesteld - de gevolgen van een verrekening van de kinderopvangtoeslag met de terugvorderingen voor X ·bijzonder groot zijn, namelijk dat zij haar baan zal moeten verliezen. De voorzieningenrechter acht deze gevolgen voor X dan ook onevenredig groot. Bovendien is het verlies van werk voor X ook niet in het belang van de Belastingdienst gelet op de nog terug te vorderen kinderopvangtoeslag. Bij verlies aan inkomen uit arbeid zal X -·zoals zij onweersproken heeft gesteld - immers een beroep moeten doen op een uitkering als gevolg waarvan haar huidige, toch al beperkte betalingscapaciteit nog meer zal verminderen.

Tegen een verrekeningsbeschikking is geen bezwaar en beroep mogelijk. Onder die omstandigheden had de Belastingdienst, naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter, in aanmerking nemende de onevenredigheid  tussen het belang bij de uitoefening van haar bevoegdheid tot terugvordering van de kinderopvangtoeslag en het belang van X dat daardoor ernstig wordt geschaad, naar redelijkheid niet tot die uitoefening van haar bevoegdheid kunnen komen. Gelet op het bepaalde in artikel 3:13 lid 2 BW is dan ook in de gegeven omstandigheden sprake van misbruik van bevoegdheid door de Belastingdienst.

De voorzieningenrechter is van oordeel dat de Belastingdienst, bij gelijkblijvende financiële omstandigheden aan de zijde van X, de verrekening van de teruggevorderde kinderopvangtoeslag dient te staken.


Wetgever grijp in!
Het niet toepassen van de beslagvrije voet bij een verrekening van een toeslagschuld met kinderopvangtoeslag leidt tot grote problemen. De uitspraak van de rechtbank Midden-Nederland laat zien dat een kort geding zinvol kan zijn. Dit is echter voor veel mensen een te grote drempel. De Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden (Sociaal Werk Nederland) heeft in het rapport “Belastingdienst, een bron van armoede” verzocht om de regeling aan te passen. Dit is tot op heden niet gebeurt. Wetgever grijp in!


Meer informatie
- Rb Midden Nederland 2 oktober 2015
- Achtergrondinfo invordering toeslagen


Reageren?
- Reageer via schuldinfo op LinkedIn