Beslag inkomen

Beslag overig

Vaste lasten

Schulden overheid

Kosten van schulden

Hulp bij schulden

Overige info

Klachten

Voorbeeldbrieven

Rekenprogramma

Nieuwsbrief

Toelichting kwaliteitseis: inzichtelijkheid van de vordering


Artikel 3.1. Bki: Beschrijving van vordering  
 

  1. Een incassodienstverlener verstrekt aan de schuldenaar zo spoedig mogelijk en daarna telkens desgevraagd een schriftelijke beschrijving van de vordering tot betaling van een geldsom.
     
  2. De schriftelijke beschrijving bevat:

    a. de naam, het woonadres en de woonplaats van de schuldenaar;

    b. de naam, het vestigingsadres, de vestigingsplaats en het nummer, bedoeld in artikel 9, onder a, van de Handelsregisterwet 2007, van de incassodienstverlener;

    c. de naam en het vestigingsadres van de schuldeiser;

    d. het voorwerp en de titel van de verplichting tot betaling van de geldsom die ten grondslag ligt aan de vordering;

    e. de betaaltermijn en de verlengde betaaltermijn van de vordering; en

    f. de datum en het nummer van de factuur.
     

  3. De schriftelijke beschrijving van de vordering bevat ook een specificatie van het totaalbedrag dat de schuldenaar geacht wordt te voldoen. In deze specificatie staat:

    a. de hoofdsom en het totaalbedrag van de vordering tot betaling van een geldsom;

    b. de hoogte van de verschuldigde rente, de rentepercentages en tijdvakken waarover de rente is berekend en de grondslag voor de berekende rente;

    c. de hoogte van de incassokosten; en

    d. de omzetbelasting als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de omzetbelasting 1968, indien van toepassing, en het betreffende tarief.



Toelichting
 

Paragraaf 3 Inzichtelijkheid vordering

Artikel 3.1 Beschrijving van de vordering

Artikel 13, tweede lid, van de wet verplicht de incassodienstverlener aan de schuldenaar inzicht te verschaffen in de opbouw van de vordering tot betaling van een geldsom die de incassodienstverlener bij de schuldenaar wil innen. In artikel 3.1 is nader uitgewerkt op welke wijze de incassodienstverlener dat inzicht moet bieden. De in onderdelen a tot en met f opgesomde gegevens stellen de schuldenaar in staat zich van de juistheid en omvang van de vordering te vergewissen, waardoor de rechtspositie van de schuldenaar sterker wordt. Hiermee zal ook een gemiddeld oplettende schuldenaar weerbaarder zijn tegen eventuele spookfacturen. Daarnaast stellen deze gegevens de schuldenaar in staat zich ervan te vergewissen dat in redelijkheid erop vertrouwd mag worden dat bevrijdend betaald zal kunnen worden.
 

Eerste lid
In het eerste lid is geregeld dat de incassodienstverlener de schriftelijke beschrijving van de vordering tot betaling van een geldsom zo spoedig mogelijk aan de schuldenaar verstrekt. Deze verplichting geldt voor iedere incassodienstverlener opnieuw, ook omdat uit het derde lid voortvloeit dat de incassodienstverlener de incassokosten specificeert en daaraan inherent is dat deze actueel zijn. De incassodienstverlener mag er bovendien niet vanuit gaan dat een ander de schriftelijke beschrijving heeft verstrekt en dat de schuldenaar daarom geen behoefte meer heeft aan de schriftelijke beschrijving. Het begrip «zo spoedig mogelijk» houdt in dit kader in dat de incassodienstverlener de schriftelijke beschrijving verstrekt zodra dat mogelijk is. Hierbij is rekening gehouden met mogelijke, onvoorziene, omstandigheden waarin de incassodienstverlener niet in staat is of wordt gesteld om de beschrijving te verstrekken. Als de schuldenaar verzoekt om nieuwe, actuele schriftelijke beschrijving van de vordering, is de incassodienstverlener eveneens gehouden deze zo spoedig mogelijk te verstrekken.

De beschrijving is schriftelijk. De beschrijving kan op papier, maar ook langs elektronische weg worden verstrekt. Digitale verstrekking zal in de regel alleen mogelijk zijn als de schuldenaar de daartoe benodigde gegevens, zoals een e-mailadres, heeft verstrekt.
 

Tweede lid
In het tweede lid is de inhoud van de schriftelijke beschrijving van de vordering vastgelegd. In onderdelen a tot en met f staan de gegevens die de beschrijving in beginsel moet bevatten. Als een bepaald gegeven niet van toepassing is, kan de vermelding van dat gegeven in de beschrijving achterwege blijven. De incassodienstverlener heeft de plicht om waar mogelijk de gegevens te verstrekken, ook als die gegevens uitsluitend te achterhalen zijn door een derde te raadplegen.

In onderdeel d staat dat de schriftelijke beschrijving het voorwerp en de titel van de oorspronkelijke vordering moet bevatten. Daarmee wordt een voor de schuldenaar begrijpelijke beschrijving van de oorspronkelijke vordering bedoeld. Onder titel van de vordering wordt verstaan of de vordering is ontstaan uit een overeenkomst, bijvoorbeeld koop of huur of huurkoop of dat de vordering is ontstaan uit een schadevergoeding. Onder voorwerp van de vordering wordt verstaan wanneer de titel een overeenkomst is, de kern van de overeenkomst. Bijvoorbeeld een telefonie-abonnement bij een specifieke aanbieder, de huur van een woning, alimentatie of kredietovereenkomst bij een specifieke kredietverstrekker.


Derde lid
In het derde lid, onderdelen a tot en met d, is geregeld dat de incassodienstverlener het totaalbedrag dat de schuldenaar wordt geacht te voldoen in de schriftelijke beschrijving moet specificeren. Het betreft achtereenvolgend de oorspronkelijke hoofdsom en het totaalbedrag van de vordering, de hoogte van de verschuldigde rente, de rentepercentages en tijdvakken waarover de rente is berekend en de grondslag voor de berekende rente, de hoogte van de incassokosten en de btw, indien van toepassing. Op het moment dat de incassodienstverlener de schriftelijke beschrijving aan de schuldenaar verstrekt, moet de specificatie zo actueel mogelijk zijn.

Met de in onderdeel b neergelegde verplichting om de rentepercentages en tijdvakken waarover de rente is berekend te specificeren, maakt de incassodienstverlener inzichtelijk hoe dat totaalbedrag is opgebouwd. Door de grondslag voor de rente te vermelden in de specificatie moet de schuldenaar in staat zijn te begrijpen waarom de incassodienstverlener een bepaald rentepercentage heeft toegepast. Dat kan de wettelijke rente zijn of een overeengekomen rente zijn. De verwijzing naar de grondslag vergt van de incassodienstverlener enige controle als er een andere rente dan de wettelijke rente wordt toegepast. Als de incassodienstverlener de wettelijke rente toepast, verwijst de incassodienstverlener ook daarnaar.

Bron: Staatsblad 2024, 44.